Platform voor de tuin- en groenprofessional
Hoe je de natuur weer de stad in krijgt
Timo Cents

Hoe je de natuur weer de stad in krijgt

Timo Cents – Zelfstandig landschaps- en stedenbouwkundig ontwerper

“Ik merk gelukkig dat wij landschapsarchitecten steeds vaker en eerder bij bouwopgaven worden betrokken. Dat heeft natuurlijk alles te maken met de grote opgaven van deze tijd: het beschermen van de biodiversiteit, de energietransitie en de klimaatopgave. Dan is het prettig als deskundigen met verstand van zaken in een vroeg stadium kunnen meekijken en een toekomstvisie kunnen neerleggen. 

“Zelf mocht ik dat onder andere doen bij de bouw van het hoofdkantoor van Triodos waar de opdracht niet alleen was om werknemers van deze duurzame bank in het groen te laten werken, maar ook daadwerkelijk iets terug te doen voor de natuur. Dat heeft geresulteerd in een volledig houten gebouw, maar ook in groene daken en een ontwerp dat samenvalt met de omliggende natuur. 

“En ik heb mee mogen ontwerpen aan het project Wonderwoods in de binnenstad van Utrecht, een woontoren van 100 meter hoog die tegelijkertijd een soort verticaal stadspark is, met bomen en struiken langs de wanden en op het dak.

“De hernieuwde aandacht voor meer groen in een stedelijke omgeving hangt nauw samen met de verdichtingsopgave die je in veel steden ziet. Die is juist bedoeld om het landschap om de steden te sparen, maar biedt dus ook een kans om meer groen de stad in te trekken. Want mensen wonen en leven nu eenmaal graag in of vlakbij het groen, al was het maar om even de hond uit te kunnen laten. Het idee van een gezond leven in een gezonde – en dus groene – omgeving is tegenwoordig erg belangrijk. En juist daar kunnen landschapsarchitecten aan bijdragen.

“Niet alleen door meer groen in en op hoogte te realiseren trouwens, maar wat mij betreft ook op het maaiveld. Zoals er ruim honderd jaar geleden prachtige stadsparken zijn aangelegd waar mensen nog steeds graag vertoeven, zo moet er nu weer aandacht zijn voor het vergroenen van de openbare ruimte om stadsbewoners op die manier naar buiten te krijgen.

“Verticaal groen tot wel 100 meter hoog vraagt tegelijkertijd om een andere vorm van beheer. Ten eerste is er nog maar weinig ervaring mee – het is pionieren – maar daarnaast moet het anders worden verzorgd dan groen op het maaiveld. En dat betekent dus dat er vanaf de eerste schetsen een beheerpartij aan de ontwerptafel moet plaatsnemen die kan meedenken en -beslissen. Net zoals een landschapsarchitect gelukkig in een steeds vroeger stadium mag aanschuiven. Ik zie gelukkig dat waar bouw en natuur vroeger twee gescheiden werelden waren nu al veel beter wordt samengewerkt met landschapsarchitecten, maar ook met ecologen en waterdeskundigen. Uiteindelijk zorgt dat voor betere, duurzamere, maar vooral spannender concepten die bovendien robuust zijn en lang meegaan. 

“Want dat kan prima. Dat hebben we bewezen: in Amsterdam-Zuidoost groeien bomen op het voormalige ING-kantoor die al 40 jaar oud zijn en ondertussen stammen hebben van een meter dik. Zo lang je de juiste voorwaarden weet te scheppen en de grondlaag en de bewatering van goede kwaliteit zijn, kan er heel veel. 

“En dat is waar het wat mij betreft om gaat: een betere natuurbeleving in de stad creëren, waarin bewoners, maar ook de diertjes, natuur en seizoenen kunnen zien, voelen en beleven. Dat is uiteindelijk het doel van mijn vak.”

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details